Een van mijn privéleerlingen is gek op de Sfinxhouding. Deze yogahouding is een heel vriendelijke en milde achteroverbuiging. De houding voelt aangenaam aan, vooral in de onderrug. Sfinxhouding heeft echter ook een gunstige werking op het gebied tussen de schouderbladen en op de spieren in de nek.
Belangrijk in deze yogahouding is het om niet te gaan hangen in de schouders. Bovengenoemde privéleerling heeft daar nog wel eens een beetje moeite mee. Heel begrijpelijk natuurlijk, want hij is geneigd tijdens de les zoveel mogelijk spanning van de werkweek los te laten. Het kan dan even een beetje zoeken zijn naar een juiste balans tussen spanning en ontspanning in yoga.
Buikontspanning
Om tot die juiste balans te komen helpt het om tijdens de Sfinxhouding spanning in de buik zoveel mogelijk los te laten. Het is de bedoeling dat je de buik geleidelijk aan steeds een beetje meer laat zakken, in de richting van de mat.
Je kunt het effect hiervan, afgezien van in de buik zelf, waarnemen in de onderrug. Enkel alleen door het ontspannen van de buik buigt het bovenlichaam namelijk heel mild een klein stukje verder achterover. Waar een beetje meer ontspanning al niet goed voor is…
Omschakelen
Het aardige van dit principe is dat het voor heel veel yogahoudingen geldt. Dus niet door iets aan te spannen kom je tot het gewenste resultaat, maar juist door een bepaald gebied steeds een beetje meer te ontspannen. Voordat een dergelijk principe doordringt, moeten veel mensen vaak even omschakelen.
Dit omschakelproces is misschien wel de kern van yoga. Je leert op een andere manier jezelf waar te nemen. Lichamelijk en geestelijk. Je bekijkt het geheel vanuit een ander perspectief.
Beoefen de Sfinxhouding!
Instructie
Kom maar liggen op je buik. Leg je handen op elkaar onder het voorhoofd en laat de hielen naar buiten zakken. Voel hoe het lichaam aan de voorzijde contact maakt de ondergrond en neem even de tijd om het helemaal te laten rusten.
Leg de hielen dan tegen elkaar aan en plaats de ellebogen loodrecht onder de schouders. Leg de onderarmen recht naar voren, met de vingers lichtjes gespreid.
Zorg dat je niet ‘hangt’ in de schouders, maar laat het hoofd trots en fier als een sfinx omhoog komen. De kruin is naar boven gericht. Voel het denkbeeldige touwtje aan je kruin in de richting van het plafond.
Breng de schouderbladen een beetje naar elkaar toe. Houd nek lang, de hals zacht en de spieren van het gezicht zo ontspannen mogelijk.
Ontspan de buik en laat deze zakken in de richting van de ondergrond. Je aandacht is aan de achterzijde van het lichaam. Geef de adem de ruimte.
Op elke inademing verleng je de kruin heel vriendelijk en voorzichtig een stukje in de richting van het plafond. Bij elke uitademing handhaaf je de lengte en is je aandacht bij een nog meer loslaten en ontspannen van de buik.
Wees zo enige tijd getuige van jezelf in de Sfinxhouding.
Op een inademing strek je dan nog eens op. De kruin in de richting van het plafond. Op een uitademing breng je het bovenlichaam terug in de richting van de ondergrond. Leg de handen op elkaar onder het voorhoofd en laat de hielen naar buiten vallen.
Voel de Sfinxhouding een momentje na.