Als je het gevoel hebt dat je wat stijf bent aan de achterkant van je benen en je vindt een zittende vooroverbuiging (Pascimottanasana) lastig om te doen, dan is de staande vooroverbuiging waarschijnlijk een geschikte oefening voor jou!
Mensen die veel sporten, klagen nog wel eens over verkorte hamstrings. Met enige regelmaat de staande vooroverbuiging beoefenen heeft een heilzame werking op dit probleem.
Rechtop zitten
Bij mijn leerlingen zie ik dat zij zich vaak op hun gemak voelen in een staande vooroverbuiging. Ze kunnen zich hier doorgaans veel gemakkelijker aan overgeven dan aan een zittende vooroverbuiging.
Zittend voelen ze zich vaak oncomfortabel omdat ze moeite hebben met rechtop zitten. Het hele lichaam lijkt zich daartegen te verzetten. ’s Avonds onderuit gezakt zitten op de bank of overdag uitgezakt in je stoel, zorgt er voor dat die rug niet meer gewend is om rechtop te zitten.
In het dagelijkse leven oefenen om wat rechter op te zitten is daarom ook al niet zo’n slecht idee. Daarmee doe je je rug een groot plezier en daarmee je hele lichaam! Rugklachten, zoals een hernia, kun je beter voorkomen dan genezen… Dus houd het op deze manier allemaal een beetje bij.
Zwaartekracht
De reden dat de staande vooroverbuiging voor velen toegankelijker aanvoelt dan bijvoorbeeld een zittende vooroverbuiging (Pascimottanasana) is het feit dat de zwaartekracht meewerkt. Het gewicht van het bovenlichaam hangt voorover. Naarmate je het lichaam bij iedere uitademing steeds meer ontspant en loslaat, helpt die kracht mee om onder andere die hamstrings weer wat te verlengen.
Van belang is dat je niet probeert om zover mogelijk te reiken. Er is een succesvol trucje dat ik regelmatig bij deze houding toepas in mijn instructie. Ik laat de mensen als ze voorover gebogen staan hun ellebogen vastpakken. Op die manier zijn ze minder geneigd om te proberen de vloer aan te raken.
Het is namelijk de bedoeling dat het lichaam beweegt tot dat punt waar het uit zichzelf uitkomt. Vanaf dat moment is het een kwestie van met je aandacht erbij zijn en de adem de ruimte te geven. Dit is een yogaspelregel die eigenlijk geldt voor alle houdingen…!
Instructie
Ga staan met je voeten op een voetbreedte uit elkaar en sluit dan desgewenst je ogen. Voel je voeten contact maken met de ondergrond. Neem het lichaam van binnenuit waar van kruin tot voetzolen.
Ervaar hoe het lichaam ademt, spontaan en vanzelf. Wees een moment de waarnemer van het ademende lichaam.
Op een volgende uitademing laat je dan je kin naar je borst zakken en wikkel het bovenlichaam geleidelijk aan voorover af. Laat je hoofd hangen en sta het lichaam toe om in deze houding te zijn. Zonder ergens naar te streven. De zwaartekracht doet zijn werk wel.
Leg het accent van je aandacht in iedere uitademing. Uitademen is loslaten…
Op een volgende inademing kom je dan weer rustig aan omhoog, met je hoofd als laatste. Zet stukje bij beetje het lichaam weer rechtop.
Voel de houding even na.